Het gebruik van een merk door een derde zonder toestemming van de merkhouder, om bij het publiek aan te kondigen dat hij de reparatie en het onderhoud van waren voorzien van dit merk verricht dan wel gespecialiseerd of specialist in die waren is, is een gebruik van het merk in de zin van artikel 5, lid 1, sub a, van de Merkenrichtlijn (art. 2.20 lid 1 sub a BVIE). De merkhouder kan de derde echter niet verbieden van zijn merk gebruik te maken om bij het publiek aan te kondigen dat hij de reparatie en het onderhoud van waren voorzien van dit merk verricht die door dan wel met toestemming van de merkhouder onder het merk in de handel zijn gebracht, of dat hij gespecialiseerd dan wel specialist is in de verkoop (uitputtingsregel; Dior/Evora) of de reparatie en het onderhoud (aangeven bestemming; art. 2.23 lid 1 sub c BVIE van die waren, tenzij het merk zo wordt gebruikt, dat de indruk kan worden gewekt, dat er een commerciële band tussen de derde onderneming en de merkhouder bestaat, en met name dat de onderneming van de wederverkoper tot het distributienet van de merkhouder behoort of dat een bijzondere relatie tussen de twee ondernemingen bestaat.

KB 338/344/368/371/392/395/403/754/770/823