Verwatering – afbreuk aan onderscheidend vermogen – art. 2.20 lid 2 sub c en d BVIE – Wolf arrest gaat hier op door, vereiste van ‘wijziging van het economische gedrag voorwaar is een zelfstandige voorwaarde. Het bestaan van een verband tussen het bekende oudere merk en het jongere merk (als bedoeld in 57. Adidas/Fitnessworld; art. 2.28 lid 3 sub a jo. 2.2bis sub c BVIE) dient globaal te worden beoordeeld met inachtneming van alle relevante omstandigheden van het concrete geval. De omstandigheid dat het jongere merk het bekende oudere merk in gedachten oproept bij de normaal geïnformeerde en redelijk omzichtige en oplettende gemiddelde consument, staat gelijk met het bestaan van dat verband. Het bestaan van een gebruik van het jongere merk waardoor ongerechtvaardigd voordeel wordt getrokken uit of afbreuk wordt gedaan aan het onderscheidend vermogen of de reputatie van het oudere merk, dient globaal te worden beoordeeld met inachtneming van alle relevante omstandigheden van het concrete geval. Het bewijs dat door het gebruik van het jongere merk afbreuk wordt of zou worden gedaan aan het onderscheidend vermogen van het oudere merk, veronderstelt dat is aangetoond dat het economische gedrag van de gemiddelde consument van de waren of diensten waarvoor het oudere merk is ingeschreven, is gewijzigd als gevolg van het gebruik van het jongere merk of dat er een grote kans bestaat dat dit gedrag in de toekomst wijzigt.
KB 369/370/372/488/525